De Floater
 
De drop-off....spectaculair en niet al te moeilijk aan te leren. Voor elke discipline een absolute must. Hoe beter je de drop-off beheerst, hoe hoger je drops zullen (lees: kunnen) worden.
 
* Zorg dat je voldoende vaart hebt (!)

* Vlak voor de drop breng je in één soepele beweging je stuur omhoog (trekken) en breng je je gewicht naar achter

* Zorg dat tijdens de 'air-time' je gewicht naar achteren blijft; je achterwiel moet de grond het eerst raken

* Knijp je achterrem lichtjes in, zo zal je bij de landing 'vanzelf' weer naar voren kantelen

* Vlak voor impact 'duw' je je achterwiel met je benen op de grond en breng je je gewicht soepel naar voren (werk hierbij vanuit je knieën)

* Bij de landing vang je de klap met heel je lichaam op; je veert als het ware van achteren naar voren

* Gebruik je achterrem bij de landing, maar wees voorzichtig! Te veel remmen betekent dat je voorover kan klappen....
 
Actieve Drop

1. Aanrijden
 
Bij het aanrijden zijn 2 punten zeer belangrijk nl. de snelheid en de dynamiek van de afsprong. De snelheid mag iets lager liggen dan bij de floater, als je dynamisch afspringt. Dwz armen en benen diep gebogen.
 
2. Afsprong
 
Hoe sterker je armen en je benen gebogen zijn, hoe krachtiger je kan afstoten aan de rand van de drop. Deze beweging kan je goed oefenen met de Bunny Hop.
 
3. Vluchtfase
 
Als je een krachtige afsprong hebt, dan heb je een moment gewichtloosheid, waarin je een trick kan uitvoeren.
 
4. Landing
 
Voor de landing moet je terug in basishouding zijn. Dit garandeert een stabiele landing en ondersteunt de vering van de fiets, je lichaam heeft zeker 30 cm veerweg.